Anansi, de Trickster.
Klik hier voor mijn commentaar.
(Uit: Voorhoeve, Dikke
Ikke en de rest, Het verjaardagsfeest, pag 18-21.)
Het verjaardagsfeest.
Tekenaar onbekend, uit Dikke Ikke en de rest. |
Anansi zou
gauw jarig worden en hij wilde een feest geven voor al zijn vrienden: Haas,
Hert, Hond, Olifant, Tijger, Vos, te veel om op te noemen. Er was maar één dier
waar hij echt een hekel aan had, en dat was Schildpad. Je weet wel, dat dier dat altijd zo ernstig en wijs doet en zo doodbedaard loopt, alsof het
nooit haast heeft. Daarom besloot Anansi een grote maaltijd te geven op de top
van de berg. De bedaarde Schildpad zou dan wel te laat komen, als al het eten
op was.
Maar
Schildpad is dan misschien niet één van de vlugsten, hij is wèl één van de
slimsten. Hij was heel vroeg in de morgen op pad gegaan, nog voor de zon
opkwam, en net toen de andere dieren aan tafel zouden gaan, kwam ook Schildpad
Anansi feliciteren met zijn verjaardag.
“Hartelijk
bedankt” zei Anansi “ik ben blij dat je er bent, want we wilden juist beginnen,
en ik maakte me al ongerust. Dus als jullie nu allemaal je handen wilt wassen,
dan kunnen we beginnen te eten.” De dieren keken elkaar verbaasd aan. Handen
wassen? Wat was dat nou voor onzin? Daar hadden ze nog nooit van gehoord. Zeker
weer wat nieuws van Anansi. “Hoe doe je dat, Anansi?” wilden ze weten. “Jullie
willen me toch niet wijsmaken dat jullie gewend zijn om met ongewassen handen
aan tafel te gaan? Dat heeft mijn lieve moeder zaliger me wel anders geleerd.
Ik hoor het haar nog zo zeggen: altijd eerst handjes wassen voor je aan tafel
gaat. Er stroomt hier een riviertje onder aan de berg. Gaan jullie nu maar
gauw, dan zal ik alvast de soep opdoen.”
Dat was een
tegenvaller voor Schildpad die niet zo snel uit de voeten kan. Hij haastte zich
wat hij kon, maar hij kwam toch pas boven toen de soep al op was. “Ga maar gauw
zitten” zei Anansi. “Maar laat toch eerst even zien of je nu schone handen
hebt.” Schildpad liet zijn handen zien. Op weg naar boven waren ze natuurlijk
weer vuil geworden. Anansi was verontwaardigd. “Wil je nu echt met zulke vieze
handen gaan eten? Kijk, er zit modder aan en je hebt ook nog zwarte nagels.
Maar ik zal je nog één kans geven. Ga ze nu maar gauw wassen, dan zal ik een
extra lekker stukje voor je bewaren.”
Schildpad
begreep dat hij nooit met schone handen aan tafel zou kunnen komen, en dat
Anansi dit alleen had bedacht om hem te plagen. Hij keerde mismoedig terug.
Tijdens de lange tocht naar huis had hij tijd te over om te bedenken hoe hij
zich op Anansi zou kunnen wreken.
Nu wilde het
geval dat Schildpad juist de volgende week jarig zou worden. Hij nodigde alle
dieren uit op een groot diner op de bodem van de zee. Anansi is zo licht dat
hij over het water kan lopen, zoals je vast weleens gezien hebt. Hij kan dus
nooit naar de bodem van de zee komen.
Maar Anansi
is niet voor één gat te vangen. Op zolder had hij nog een oude overjas van zijn
vader liggen. Die trok hij aan en de zakken stopte hij vol met zware keien. Zo
kwam hij toch nog op het feest van Schildpad. Hij gunde zich haast de tijd
niet om Schildpad te feliciteren. Hij ging direct aan tafel zitten en had de
lepel al in de hand om er vlug bij te zijn. Schildpad wist even niet hoe hij
het had. Het was Anansi dus toch gelukt! Toen iedereen aan tafel zat, zei hij: “Ik
heb altijd geleerd van mijn moeder dat je je jas uit moet doen, voor je aan tafel
gaat. Ik weet niet uit wat voor een familie jij komt, vriend Anansi, maar mij
bederft het de eetlust als ik je zo aan tafel zie zitten in je overjas. Wees
dus zo vriendelijk om je jas uit te trekken.”
Hoe Anansi
ook tegensputterde, hij moest zijn overjas uittrekken. En daarmee vloog hij
natuurlijk als een kurk naar de oppervlakte en zag al het lekkers aan zijn mond
voorbij gaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten