Bredero: De Molenear (Deel 2), de val.
Wat eraan vooraf gaat. Trijn Jans brengt de vrouw van Piet, Aaltje, ervan op de hoogte dat Piet het voor elkaar
heeft gekregen, dat hij met haar die nacht zal komen vrijen.
Opvallend is hoe precies onderstaand fragment past in mijn
moppenfabriek , in de tweede functie: “reactie-actie”, waarbij de hoofdpersoon zich indenkt
in wat de tegenstander zal gaan doen, en op basis daarvan een plannetje maakt.
De vraag is natuurlijk klopt de verwachting met de werkelijkheid? Ik heb deze
keer geen noten, wel is de oorspronkelijke tekst te vinden onder deze link.
Aaltje: Maar waarom?
Trijn Jans: Uit dartele wellust gaan de jonge jongens
er nu eenmaal op uit om een vrouw te vinden om mee te trouwen. Hoe het ook zij,
zusje, hij heeft er bij mij zolang op aangedrongen, dat ik uiteindelijk
ingestemd heb. Wij hebben het volgende bedacht om jou te bedotten. Hij zal bij
mij op bezoek komen als er één kaars is opgebrand. Maar nu gaan we het zo doen:
kom eens vlug hier, dan ga ik je kleden zoals ik ben aangekleed. Trek mijn
mantel aan en ga hier achter je slaapkamerraam zitten op dit krukje. Als hij
dan zo graag wil, dan zal hij niet in de gaten hebben, met wie hij in bed ligt.
En zo wordt hitsigheid gekoeld, zonder dat hij zondigt. Ik heb ermee ingestemd,
omdat ik bang was dat hij kwaad op mij zou worden. Ik hou teveel van mijn man
om die te bedriegen. Om jou van dienst te zijn heb ik het spelletje meegepeeld.
Jij hebt weleens recht op een lekker potje vrijen, net hoe je het maar hebben
wilt! En als hij klaar is, mijn god, dan
zou ik hem eens flink de mantel uitvegen.
Aaltje: Denk eens goed na: neem je niet een te groot
risico? Dit flikt hij mij dus steeds, Trijn Jans! Vooruit doe met mij zoals je
hebt gezegd. Ga jij maar in mijn bed slapen. Wees maar niet bang, ik zal de
rest stilletjes afhandelen. Ik ga de vreemde vogel in zijn eigen netten vangen.
Trijn verkleedt Aaltje.
Trijn Jans: Kijk eens aan, Aaltje Melis! Bekijk je
zelf eens goed, mij dunkt dat je een heel andere vrouw bent nu.
Aaltje: Lieve help, wat ben ik knap! Een echte
schoonheid! Mensenkinderen, wat heb ik een zin om die wilde man in mijn
strikken te vangen!
Trijntje Jans: Doe de deur open als je hoort hoesten
en zuchten. Nou, welterusten!
Aaltje: Droom lekker, Trijn Jans, slaap zacht! Nou ga
ik hier bij het raam zitten met een brandend kaarsje. Hola! Ik blaas de kaars
uit. En wacht stilletje zonder klagen op de heilige weldaad.