woensdag 25 maart 2020

Hercules, de genezer.

In het toneelstuk “Amphitruo” van Plautus komen verschillende verwijzingen voor naar een klassieke gezondheidstheorie, de Humorale Theorie. Ik zal hiervan een voorbeeld geven dat betrekking heeft op de zwangerschap van Alkmene, de vrouw van Amphitruo. Amphitruo is de stiefvader en Alkmene de moeder van Hercules, waarvan zij zwanger is. In hoeverre kun je hieruit de conclusie trekken dat de Romeinen Hercules zagen als een genezer? Hij is dan niet alleen iemand die de moraal brengt onder de mensen, maar ook degene met doktersadviezen en -recepten om op te volgen.


De moraal komt het beste aan de orde in de manier waarop Alkmene zich uit om de beschuldiging van overspel te weerleggen. Zij doet dat met een beroep op haar eigen smetteloze karakter (Plautus, Amphitruo, Tweede Bedrijf, vers 209–212 (1)): 


"Ik geef niet om mijn bruidsschat zoals jullie die noemen. (Ik geef niet om geld.) Maar om kuisheid, bescheidenheid (schaamte) en beheerste verlangens, vrees voor de goden, liefde voor mijn ouders en leven in harmonie met mijn verwanten. Trouw zijn aan jezelf, gul zijn voor de mensen die het goede nastreven, bereid zijn die mensen te helpen die oprecht zijn."


Ik vind dit getuigen van een moraal, die ik niet van Plautus had verwacht. Ik denk dat je dan ook hieruit gerust de conclusie kunt trekken, dat Hercules door de Romeinen met het waarborgen van waarden en normen geassocieerd werd. De interpretatie van één van zijn 12 werken, het schoonvegen van de Augiasstallen, als dat dit zou gaan over het opschonen van de morele waarden van de Griekse maatschappij, is dan ook niet ver gezocht.  Tegelijkertijd lijkt dit te wijzen op praktische hygiënemaatregelen. Dit samenvallen van twee aspecten is typerend voor de Humorale Theorie, waarin ieder element 4 kenmerken (heet & droog; heet & nat; koud & droog en koud & nat) en op z’n minst 7 aspecten kent variërend van materieel tot immaterieel (moralistisch en niet-moralistisch).  

Net als in de Amphitruo, gedraagt  zijn opdrachtgever, Eurystheus,  zich bij thuiskomst van Hercules na het voltooien van een opdracht merkwaardig. Hercules treft hem dan bijna altijd uit angst voor hem verstopt in een groot vat aan. Mij doet dit sterk denken aan de scène bij Apuleius, waarbij de minnaar bij thuiskomst van de echtgenoot zich ‎ook verstopt in een vat (vertaling: Vincent Hunink):


De vrouw zag meteen hoe zij zich eruit kon praten. ’Wat heb ik toch een geweldige man’, schaterde ze brutaal uit.’ Een mooie zakenman, hoor. De handelswaar, die ik, een vrouw die het huis niet uit komt, allang voor zeven denariën  heb verkocht, laat hij voor minder gaan!’En wie mag dat wel zijn?’ vroeg de man, verheugd over de extra opbrengst. ‘Wie wilde daar zoveel voor betalen?’?Ach sufferd’, zei ze. ‘mijnheer zit al een tijdje in het vat om het op stevigheid te beproeven.’


De ander reageerde alert op de woorden van de vrouw en schoot prompt overeind. ‘Nou, mevrouw’, begon hij, om u de waarheid te zeggen, dit vat is wel heel oud. En het is gebarsten, het zit vol spleten en scheuren.’ Vervolgens wendde hij zich tot haar man, schijnbaar niet op de hoogte van diens identiteit. ‘Zeg, meneertje, wie u ook bent,’ zei hij, ’kunt u mij direct eens even de lamp aangeven Dan kan ik het vuil hierbinnen wegschrapen en zorgvuldig bekijken of dit ding nog bruikbaar is. Of denkt u dat het geld mij op de rug groeit?’


Zonder aarzeling en nietsvermoedend stak de snuggere, voortreffelijke echtgenoot de lamp aan. ’Kom er eens uit, goede vriend,’ zei hij tegen de man, ‘en blijf er even rustig bij staan, dan maak ik dat prima voor u in orde.’ Met die woorden kleedde hij zich uit, nam de lamp mee naar onderen en begon de dikke aanslag in het wrakke vat weg te bikken.


Maar het vriendje, die fijne loverboy, liet de timmermansvrouw over het vat bukken, boog over haar heen en boorde haar ongestoord uit.Zij stak daarbij haar hoofd in het vat en hield haar man als een volleerde hoer voor de gek: dit moest nog schoon, wees zij hem met de vinger, en dat nog, en ja, daar zat nog wat, en daar ook. Zo ging het door totdat het werk op beide plekken klaar was, waarna de onfortuinlijke timmerman zijn zeven denariën ontving. Hij zag zich ook nog gedwongen het vat op de nek te nemen om het bij de echtbreker thuis te bezorgen.

De scène is bekend uit de film Decamerone van Pasolini, die inderdaad bij Boccaccio  te rade ging en niet bij Apuleios, hoewel dat de oudste tekst van dit verhaal is.


Hercules valt naar mijn mening te koppelen aan het waarborgen van de moraal. Maar zijn de andere aanwijzingen in de Amphitruo van een aard dat je ook kunt zeggen dat hij praktische doktersadviezen geeft?


Veel wordt er verwacht van seks. De moeder van Hercules, Alkmene, heeft daar waarschijnlijk zelfs haar naam aan te danken. Want alweer zien we Arabisch (of Fenicisch) verschijnen in een toneelstuk van Plautus: al-kmene (komijn), is de naam van een kruid, dat volgens de Romeinen ervoor zorgde dat je echtgenoot je trouw bleef. In Marokko werd er een seksueel stimulerend effect aan toegeschreven, vooral bij de huwelijksvoltrekking. En als de bruid de hoofdpersoon in een toneelstuk van Plautus is, kun je ervan uitgaan dat ze misschien toch niet zo trouw aan haar echtgenoot is als de echtgenoot had gehoopt.




Een ander kruid (2) dat er vaak mee wordt verward, omdat het met dezelfde naam wordt aangeduid, maar volstrekt andere eigenschappen heeft , is “zwarte komijn” (zwarte sativa). Hiervan staat de geneeskrachtige werking vast. Je mag volgens mij, concluderen dat het toneelstuk van Plautus over de geboorte van Hercules, allerlei tips 
geeft op medisch gebied. Hercules heeft daarmee een medisch aspect, dat meestal niet wordt benadrukt in de verhalen die we over hem kennen.



De adviezen komen uit de Humorale Theorie, waarin “zwart” een kenmerk is van “aarde” en de daarmee geassocieerde natuur en "wit" een kenmerk van geloof, trouw en barmhartigheid. “Zwart” had te maken met vruchtbaarheid, zoals ook in dit toneelstuk. Het verband met de Humorale Theorie blijkt verder uit de volgende scènes. 
Sosia, de manager-slaaf, in het toneelstuk Amphitruo, doet over het gedrag dat Alkmene die beweert met haar man te hebben geslapen, terwijl die van niets weet, deze uitspraak (3):


Juist, ze vertelt je precies dat wat ze zich van haar droom herinnert. Maar, vrouw, nadat je bent opgestaan, moet je toch een Zoutkoek of Wierook aan Jupiter de Beschikker van Wonderen, hebben geofferd?

 

Rond zwangerschap bestond veel magisch handelen. De Zoutkoek zag er net zo uit als wat een vrouw, die vreest geen kinderen te kunnen krijgen, momenteel in Marokko vaak meeneemt op een bedevaart naar een Maraboet  (zie plaatje hiernaast). De plaats die Suiker nu inneemt, was vroeger die van het Zout. De handel daarin heeft aan het centrum van veel Marokkaanse steden de naam “mellah” (plaats waar zout werd verhandeld) gegeven. De Zoutkoek was bedoeld om het kind van een zwangere vrouw tegen kwade invloeden te behoeden en voor een niet zwangere vrouw om zwanger te worden. De Wierook, die ook nu nog steeds in Marokko wordt gebruikt als afrodisiacum (liefdesmiddel)  heeft hetzelfde effect. Alleen nu houdt het de wens in dat uit de seks kinderen geboren mogen worden. En in die nacht wordt dan ook Hercules verwekt, terwijl Iphiclus al eerder was verwekt door Amphitruo. De droom, waarvan sprake is, is bijzonder: een gunstige droom voorspelde een mooie toekomst voor het nog ongeboren kind. Het leek als het ware te zeggen dat het al een plaatsje in de hemel kon opeisen: de vrouw was zwanger van een held. Maar wat is de betekenis, als ze droomt van haar eigen man, die afwezig is?


Je zou zeggen niets om bezwaar tegen te maken, terwijl Alkmene dat wél doet. Waarom? Zout en wierook waren bedoeld om de kwade geesten af te weren. Met andere woorden, Sosia zegt hier eigenlijk dat Alkmene haar man wil afweren, niet wil herkennen. En de droom maakt deze wens maar al te kenbaar, als zij zegt dat ze met haar man heeft geslapen, terwijl hij van niets weet.


Zout, wierook en dromen krijgen de betekenissen die ik er hierboven aan gegeven heb vanuit de Humorale Theorie.  Wit Zout wordt geassocieerd met de Zwaan, een gedaante waarin Jupiter zich graag openbaarde (element: IX-F). Wierook wordt geassocieerd met “vuur”(element: III-H) en wordt als het sturen van een wens naar de goden opgevat. Dromen werden opgedeeld in slechte en goede dromen. Slechte, bovennatuurlijke dromen (categorie: G) waren die dromen die seksuele lusten opriepen, en goede, natuurlijke dromen (H) voorspelden een voorspoedige toekomst, in dit geval een voorspoedige bevalling. Alleen de droomuitlegger kon uitmaken met welke soort droom je te maken had.


De slechte droom was een natte droom, die hier een gekte, “delirium” (4) wordt genoemd. Deze gekte werd opgewekt door een aanval van “atra bili” (element: I-G), zwarte gal. En het is deze suggestie die Alkmene kwaad maakt (VI-H). Deze kwaadheid is volgens de Humorale Theorie het juiste antwoord op de beschuldiging door zwarte gal gek gemaakt te worden (tegengif/antibioticum: boosheid). Zij denkt dat haar droom van Jupiter komt, terwijl Sosia zegt dat het de Duivel zelf is die hem haar heeft ingeblazen. Maar wat als duivel en god samenvallen? Dan heb je een fantastisch geneeskrachtig toneelstuk genaamd: Amphitruo.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten