Plautus, laatste deel: de eerste detective (2).
Molière: L'Avare: reg 98 - 104.
Klik hier voor de originele tekst.![]() |
Franse kronen |
Wat eraan vooraf gaat. De kok van Harpagon (de vrek) wordt
er door Harpagon van verdacht de pot met goud te hebben gestolen. Natuurlijk:
de tuinman of kok heeft het gedaan! Maar hij heeft het niet gedaan. Hij wordt
door een commissaris aan de tand gevoeld, omdat de commissaris vindt dat
Harpagon hem niet goed (bevooroordeeld) ondervraagt.
Acte V, Scène 1: Harpagon, De commissaris en zijn helper.
De commissaris
Laat mij begaan. Het is mijn beroep, dank u. Het is niet
vandaag voor het eerst dat ik te maken heb met het oplossen van diefstallen. En
ik zou graag even veel zakken met duizend frank krijgen als ik boeven heb
gevangen.
Harpagon
Alle gezagdragers willen deze zaak graag op zich nemen. En
als ze er niet in slagen om mijn geld terug te vinden, dan schakel ik het
hooggerechtshof in.
De commissaris
Men moet alle mogelijkheden open houden. U zegt in deze
doos…..hoeveel?
Harpagon
10 Duizend Franse kronen,
welgeteld.
De commissaris
10 miel?
Harpagon
10 miel Franse kronen!
De commissaris
Dat is geen kattepis!
Harpagon
Er is geen smoes zo overtuigend om deze ongehoorde misdaad
niet meteen aan te pakken. En als de misdaad onbestraft blijft, dan zijn de
heiligste dingen niet meer voor mij veilig.
De commissaris
Uit welke geldeenheden was de som gelds samengesteld?
Harpagon
Uit Louis d’ors en zuivere, wel
afgewogen Pistolen.
![]() |
Louis d' or. |
De commissaris
Wie verdenkt u van de diefstal?
Harpagon
Iedereen. En ik wil dat u iedereen die ooit gevangenisstraf
uit zat in deze stad en in de buitenwijken woont direct arresteert.
De commissaris
Je moet geen slapende honden wakker maken, geloof me.
Probeer beetje bij beetje bewijsstukken bij elkaar te sprokkelen om daarna met
des te meer vastberadenheid verdere stappen te kunnen ondernemen om de zaak op te
lossen en degenen op te pakken die u te pakken hebben genomen.
Jacques, de meesterkok (keert
zich om en loopt naar het publiek toe)
Ik ga terug. Als het niet anders kan, dan moeten ze hem maar
meteen de keel afsnijden, dan moeten ze hem maar met een ijzer de pootjes
roosteren, moeten ze hem maar in kokend water gooien, en moeten ze hem maar aan
een balk ophangen.
Harpagon
Wie? Degene, die mij beroofd heeft?
Jacques
Ik heb het over een speenvarken, dat uw rentmeester me net
heeft laten bezorgen, ik wil hem u zó fantasievol mogelijk opdienen.
Harpagon
Daar is geen sprake van. Hier is iemand met wie u eens moet
praten over iets heel anders.
De commissaris
Schrik niet. Ik zal u niet in verlegenheid brengen. Alles
gaat zo z’n gangetje.
Jacques
Komt mijnheer vanavond bij ons eten?
De commissaris
Beste man, u moet op dit punt niets voor uw baas verborgen
houden.
Jacques
Maar natuurlijk, mijnheer. Ik zal me van mijn beste kant
laten zien, en ik zal u zo goed mogelijk van dienst zijn.
De commissaris
Het gaat niet om uw kookkunst. Daarvan ben ik wel overtuigd.
Jacques
Als er ook maar iets ontbreekt aan het eten dan is dat de
schuld van de rentmeester, die me heeft gekortwiekt met zijn kaasschaaf van “wej
bunt zuunig”.
Harpagon
Verrader! Het gaat over heel iets anders dan het avondeten.
Ik wil dat je me iets vertelt over het
geld dat men mij heeft gestolen.
Jacques
Wat!? Heeft men geld bij u gestolen?
Ja, grappenmaker, en ik laat je oppakken, als je het me niet
meteen teruggeeft.
De commissaris (neemt
Jacques apart)
Mijn god nog aan toe! Mishandel hem toch niet. Ik kan aan
zijn gelaatsuitdrukking zien dat het een eerlijk man is en dat het niet nodig
is hem in de gevangenis te werpen om hem te laten vertellen wat hij weet. Ja,
mijn vriend, als u ons de zaak opbiecht, zal hij je niets aandoen, en je zult
worden beloond zoals het behoort, door uw baas. Men heeft hem vandaag zijn geld
gestolen. En ik denk dat u hier meer vanaf weet.
Jacques
Dit is net wat ik nodig heb om mij op mijn rentmeester te
wreken. Sinds hij hier in dienst is, stond hij in een goed blaadje bij mijn
baas. Hij luistert naar niets anders dan naar zijn adviezen. En soms voel ik nu
nog de klappen, die ik kreeg.
Harpagon
Wat sta je daar te mompelen?
De commissaris (tot
Harpagon)
Laat hem z’n gang gaan. Hij bereidt zich erop voor om u
tegemoet te komen. En ik heb u al gezegd dat het een eerlijk mens is!
Jacques
Mijnheer, als u wilt dat ik u iets verklap, dan kan ik niet
anders dan te zeggen dat het Mijnheer de rentmeester is, die u dit heeft geflikt.
Harpagon
Valère! (de aanstaande schoonzoon en rentmeester van
Harpagon)
Jacques
Ja
Harpagon
Hij?! En hij leek mij zo toegenegen?
Jacques
Hij is het. Ik denk dat hij het is geweest die u bestolen
heeft.
Harpagon
En om wat geloof je dat?
Jacques
Om wat?
Harpagon
ja?
Jacques
Ik verdenk hem ….om wat ik van hem denk.
De commissaris
Maar het is noodzakelijk dat u ons de aanwijzingen die u
heeft, vertelt.
Harpagon
Heb je hem in de buurt gezien van de plek waar ik mijn geld
had opgeborgen?
Jacques
Dat is het, ja! Waar had u uw geld opgeborgen?
Harpagon
In de tuin.
Jacques
Precies. Ik heb hem door de tuin zien zwerven. En waarin zat
dat geld?
Harpagon
In een doos.
Jacques
Zie je wel, als ik het niet gedacht had. Ik heb hem met een
doos gezien.
Harpagon
En die doos, hoe zag die eruit? Ik wil er zeker van zijn dat
het de mijne is.
Jacques
Hoe ze eruit zag?
Harpagon
Ja.
Jacques
Ze zag eruit als een….Ze zag eruit als een doos.
De commissaris
Natuurlijk. Maar geef er eens een beschrijving van, hoeft niet heel precies, maar van dat wat u zag.
Jacques
Het was een grote doos.
Harpagon
De gestolen doos was klein.
Jacques.
Nou, net wat u zegt, ze was klein, als u het zo wilt
stellen. Maar ik noemde ze groot om wat erin zit.
De commissaris
Welke kleur had de doos?
Jacques
Welke kleur?
De commissaris
Ja.
Jacques
Van kleur was ze….Tja, hoe zeg je dat, ze was van een
bepaalde kleur…Zou u me niet een beetje op weg kunnen helpen?
Harpagon
Hè?
Jacques
Is ze niet rood?
Harpagon
Nee, grijs.
Jacques
Nou je het zegt, grijs-rood.. Dat is wat ik net wilde
zeggen.
Harpagon
Er is geen twijfel. Dat was de doos met geld, zeker.
Schrijf, mijnheer, schrijf zijn verklaring op. Mijn hemel. Op wie kan ik nu nog
vertrouwen? Vloeken heeft geen zin: alles bij elkaar genomen geloof ik
eigenlijk de dief te zijn van mijn eigen portemonnee.
Jacques
Mijnheer, kijk wie eraan komt! U moet hem niet vertellen dat
ik hem heb aangegeven.
Nawoord
Na verschillende ondervragingen blijkt dat ook Valère niet
de doos heeft gestolen. Hij heeft alleen stiekem een huwelijkscontract met de
dochter van Harpagon afgesloten. De dief, Clèante, komt zichzelf aangeven en
gebruikt het bezit van de doos als chantagemiddel om met de verloofde van
Harpagon te mogen trouwen. De ouwe baas, Harpagon, kiest voor het geld en staat
toe dat zijn verloofde trouwt met Cléante.
De commissaris heeft steeds alles opgeschreven in
verklaringen, maar heeft dus eigenlijk niets bijgedragen tot de vondst van de
doos, ook al gedroeg hij zich als een volleerd detective.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten