donderdag 20 mei 2021

 Het verhaal van de vrouw uit Bath .

Lees dit commentaar: het is interessant.

Voorwoord

Als er geen autoriteit (gezag?) op deze wereld was dan dat gebaseerd op ervaring, dan toont  mijn ervaring aan, --wat mijn mening ook waard mag zijn, voor mij is hij toereikend, -- dat het huwelijk kommer en kwel met zich meebrengt. Als ik zo vrij mag zijn, wil ik u zeggen, mijne heren, dat ik sinds mijn twaalfde - dank zij God voor altijd en eeuwig - vijf echtgenoten kerkelijke ingezegend en wel heb gehad. Ja, dat is een feit, zoveel heb ik er gehad, alle op hun eigen wijze waardige echtgenoten, net zo goed als wie dan ook.
Voor originele tekst: klik (1).


Haar eerste drie mannen waren oudere mannen. Voor hen had ze een beproefde methode om ze eronder te krijgen.


Jij houdt ervan om uit de Bijbel Job aan te halen, om geduld te oefenen.  Wees dan ook eens geduldig! Breng in praktijk wat je preekt. En als dat dan niet lukt, mijn schat, dan zal ik je dat moeten bijbrengen, en je moeten leren dat het goed is een rustig leven te leiden. Een van ons beiden moet de baas zijn, de man of de vrouw, en aangezien de man de meest redelijke van de twee is, moet hij degene zijn die geduld oefent, nietwaar? Waar heb je last van, beste man? Wat is er waarom je zou kreunen en grommelen? Alleen maar omdat je “je-weet-wel” van mij wil en dat wel alleen voor jezelf? Waarom in godsnaam, neem alles maar, pak elk klein stukje van mij! Je mag het hebben! Heilige Petrus nog aan toe, wat hou je daar toch ziels veel van, van dat lief hebben.
Voor originele tekst: klik (2 ).


Zo heb ik mijn eerste drie echtgenoten afgeserveerd. Nu ga ik u vertellen hoe het mij is vergaan met de vierde, de op een na laatste. Dat was een echte feestvierder, hij hield er naast mij een ander liefje op na. Jong, sterk en koppig als ik was, zat ik vol woede, vrolijk als een ekster in een kooitje. Speel voor mij harp en ik ga dansen en zingen, geloof mij maar, als een nachtegaal in de lente, als ik tenminste een slokje wijn ophad.
Voor originele tekst: klik (3).


Om bij mijn verhaal te blijven: luister en huiver om te weten te komen hoe ik een pak slaag kreeg om een boek!  Op een avond zat Johnny driftig uit zijn boek voor te lezen bij het open haardvuur. Eerst las hij voor over Eva, die door haar slechtheid de mensheid  rampen en verdriet bracht, de voornaamste reden waarom Jezus Christus aan het kruis werd genageld. En waarom hij zijn bloed voor ons vergoot om ons van de erfzonde te verlossen, onze schuld in te lossen. Dat is natuurlijk dé passage waarin uitdrukkelijk staat vermeld dat de vrouw de mensheid, de wereld van de man, in het verderf heeft gestort. Daarna las hij voor over Samson die tijdens zijn slaap door Delila werd kaal geschoren en door dat bedrog blind werd. En vervolgens las hij mij voor, ik vertel geen leugens, van Hercules en Deinira: met een truc wist ze hem er toe te brengen zichzelf in brand te steken.  En natuurlijk vertelde hij tot in de finesses over de rottigheden die de vrouwen van Socrates hem aandeden. Xantippe goot een pot pis uit over zijn hoofd. De dwaze man zat daar maar te zitten, alsof hij dood was (6), ten slotte zich over zijn kale hoofdje wrijvend, durfde hij niet meer uit te brengen dan dit: “Voordat de donder stopt, begint het te regenen.”
Voor originele tekst: klik (4).


Je kunt je niet voorstellen, je kunt je niet indenken hoe dit mij pijn deed. Mijn hart kromp ineen bij elk woord dat hij zei. Toen was de grens bereikt, toen ik zag dat hij nooit zou ophouden om uit dat vervloekte boek voor  te lezen, de hele nacht door ongetwijfeld, toen greep ik onverwacht het boek beet en scheurde er drie pagina’s uit,  precies daar waar hij aan het lezen was. Daarop gaf ik hem een roffel vuistslagen in zijn gezicht, waardoor hij achterwaarts in het haardvuur belandde (net als Hercules en Oenothea) . Hij sprong op als een getergde leeuw, met een schreeuw, en gaf mij een dreun op mijn hoofd, waarop ik slap als een vaatdoek naar de grond zeeg. En toen hij me daar zo roerloos zag liggen, werd het hem bang te moede en dacht over vluchten. Toen zag hij dat ik weer bij kwam. “Oh, je dacht dat je mij vermoord had, hè? Jij vechtersbaas van niets. En dat alles om mijn land te kunnen erven,” zei ik. “Was het je daarom begonnen? Stond dat op spel? Was je daarnaar op jacht? Laat me je ondanks alles kussen, voordat ik heen ga voor goed.” Hij kwam dicht naar mij toe, knielde lief bij mij neer en zei: “Mijn schat, mijn beste Alison, zo helpe mij God, ik zal je nooit meer slaan, nooit meer, mijn schatje. En mocht ik het toch doen, dan heb je erom gevraagd. Vergeef mij!” Maar hoe mak hij zich ook voordeed, ik sprong overeind en gaf hem een dreun op zijn kaak. En zei: “En deze heb je verdiend om de score recht te trekken: het is gelijk spel! Nu wil ik sterven, ik zeg niets meer.”
Voor originele tekst: klik (5).

Geen opmerkingen:

Een reactie posten