woensdag 6 februari 2019

Wat is hier nu grappig aan?
(Plautus 5 en slot).
Fragment uit Poenulus (Toneel 5.2 ), vertaling door mij. 

Klik hier voor commentaar en de originele teksten.


De officiële vertaling:

Hanno: Ik vereer de Goden en Godinnen die over deze stad waken. Ik ben hier gekomen onder goede voortekenen om de zaken waarvoor ik gekomen ben, af te handelen. Ik hoop dat u mij toestaat om mijn dochters en de zoon van mijn neef (1) terug te vinden; deze waren bij mij gestolen en ook de zoon van mijn neef.
Hier woonde vroeger iemand die bij mij te gast is geweest: Antidamas 
(=broer van zijn vader). Ze zeggen dat hij ( voor hij dood ging) heeft gedaan wat in zijn vermogen lag (om de zoon terug te krijgen). Ze zeggen ook dat zijn zoon Agorastocles nu hier woont. Ik ga naar hem toe met dit visitebordje (visitekaartje) (2) Ze zeggen dat hij in deze buurt zou moeten wonen.

Ik ga het eens vragen aan die mensen, die de deur uitkomen.


Dit is de officiële vertaling van de tekst bij  de eerste opkomst van Hanno. Ik heb mijn twijfels over of de vertaling juist is. Maar daar wil ik het nu nog niet over hebben. Behalve de Fenicische tekst staat er in het script een Latijnse tekst van Plautus. Maar dat is handig: een vertaling! Zelfs grootheden als Hugo de Groot, twijfelden er niet aan dat de Latijnse tekst de vertaling van de onleesbare Fenicische tekst was (3). En Hugo de Groot sprak, las en schreef vloeiend Latijn!

Wie ben ik om aan de vertaling te twijfelen? Toch zou ik u een iets andere voorstelling van zaken willen doen. Stel, Hanno is niet de enige op het toneel (4). Naast hem staat iemand die de tekst “vertaalt”. En ik zal op basis van de brontekst (5) de beginzin bespreken, en de rest van het verhaal laten voor wat het waard is. Die eerste regel in het Fenicisch en de Latijnse “vertaling” gaan als volgt:

Fenicisch:
yd al-onim u al-oni uth sicora-thi ystihum kimihu mAcom sidhu.


Latijn:
N Exalonim volanus succuratim istimaltim acum esse


Mijn vertaling:
De hand (yd) van de waarzegger (onim) en de geesten (oni) roep ik (ysti) aan om de mannen (sid) van deze plaats (makan) te beschermen (sicora).


Tja, dat is heel wat anders dan de eerste regel van de officiële vertaling hierboven. Hoe durf je! Je spreekt een van de grootste geleerden die Nederland ooit gekend heeft, botweg tegen! Dat staat er toch helemaal niet in het Latijn! En deze tekst is toch ook niet grappig!


Tja, dat Latijn is een probleem op zich. Plautus laat “alonim” staan, maar maakt van het vervolg “volanus”,  wat het dan ook allemaal betekenen mag! Dat kan, omdat de Latijnse “u” vaak een “v” was. En wat betekent “acum”? In de tekst op het Internet is zelfs sprake van Atticum! Wat is die vertaler van Plautus aan het doen? Hij is het Fenicisch aan het verhaspelen, aan het nabouwen en ik denk dat het publiek dat prachtig vond! En we hebben humor! Het heeft waarschijnlijk echt grappig gewerkt.


Slaat die officiële vertaling dan helemaal nergens op? Vaak zit de vertaling van het Fenicisch er net naast, maar niet zoveel dat je de tekst helemaal niet meer kunt volgen. De verklaring is dat het Hebreeuws -- de vertalers keken door Hebreeuwse ogen – en het Fenicisch beide Semitische talen zijn, net als het Arabisch. Ik kijk met “Arabische” ogen naar de tekst en er rolt iets anders uit dan wanneer je er met “Hebreeuwse” ogen naar kijkt. Maar aan de Hebreeuwse vertaling heb ik wel degelijk steun, want het woordje “ysti” (roepen) bestaat wel in het Hebreeuws, maar niet in het Arabisch. De vertaling met de oogkleppen van de ene taal of met die van de andere taal op leveren beide een redelijk begrijpbare tekst op. Ik wil dan ook helemaal niet claimen dat ik de enige echte vertaling heb, maar wel dat mijn interpretatie grappig is en dat moet een vertaling van een grappig toneelstuk op z’n minst zijn, dunkt me.


Maar we zijn er nog niet. Want die Feniciërs maakten maar heel schaars gebruik van het bepalende lidwoord (de, het). Alleen in stedennamen zoals Aggadir, daarin komt een lidwoord voor “ag”, een vorm van “al”.  Nu is er nog iets met Fenicische steden: de stad werd op een lijn gesteld met een god. De Stad was zelf een God. Niet alleen steden, maar ook goden hadden vaak net als de Saoedi-Arabische adel het lidwoord voor hun eigenlijke naam. In dit geval hebben we het dus over “yid-al-onim”, de hand van de (gerespecteerde) waarzeggers, die in het Oude Testament aldus worden toegesproken (Leviticus, 19:31) : “Gij zult u niet wenden tot de doden (spoken) en waarzeggende geesten (yid’onim) …” En wanneer had je de neiging om dat toch te doen? Als je kind ging trouwen om te weten te komen of het een gezegend huwelijk zou zijn. Zó komen we dus weer bij de strekking van het verhaal van Hanno terecht, die op zoek is naar de zoon van de overleden oom om hem met een nicht te laten trouwen. Het klopt allemaal!


Wie is “al-oni”? Typ bij Google  “oni” (Japanese) in, en wat krijg je? Rechts op de internetpagina van de Wikipediawebsite over “Oni” staat zo’n geest -- maar dit is natuurlijk gewoon je mee laten voeren in een gedachtevlucht --   want die geest lijkt op Hercules, in de oosterse uitvoering wel te verstaan, die  keizer Commodus (161-192 na Chr.) ervan maakte. Zou het dan toch echt waar zijn dat de Feniciërs de schakel vormen tussen Japans en Romeins theater(6)? En ik kijk nog eens naar die Romeinse maskers  en de Oni’s


en de rillingen lopen me over de rug! Wie is van deze wezens Hanno, de wereldreiziger, en wie is de vertaler?


Als dat nou alles was dat in deze tekst Japans aandoet, dan is de vangst maar mager. Maar in het toneelstuk lopen de meisjes steeds weer naar een tempel, de Tempel van Venus. En laten de beide woorden in het Fenicisch Onim en Oni ook nog een suggestie aan eikenbomen oproepen, precies die boomstammen waarmee in Japan tempels telkens weer gebouwd worden. En bij die gelegenheden was er toneel. Alles lijkt in dezelfde richting te wijzen, maar de vertaling uit het begin, waarschuwt me: je kan er echt in volle overtuiging naast zitten. Wetenschap en Geloof liggen soms wel heel dicht bij elkaar. Nomen est Omen (=onim?)!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten