woensdag 27 februari 2019

Inbraak?
Molière's La Marmite: Fragment uit Aulularia (Acte 3, scène 1). 



Klik hier voor commentaar en de originele teksten.


Molière (1), La Marmite (“De pot met geld”, Bedrijf 3, scène 1)|
Acteurs: Congrio (kok) en Euclio (2)

Congrio (3)


Pas op, pas op! Buren en vreemdelingen, aan de kant! Mijn geliefde medeburgers en landgenoten, maakt plaats. Geef me de ruimte om ervandoor te gaan! Dat niets mij in de weg staat op straat! Het is voor het eerst dat ik een echte wildeman (4), zo gek als een deur heb gezien die mij in de keuken kwam opzoeken. Heb ik dan nog geen pech genoeg? Het heeft stokslagen (5) op mij en mijn koksmaten geregend. Ik ben bedekt met beurse plekken; ik kon er niet aan ontkomen. Deze vervloekte ouwe baas heeft al zijn atletisch kunnen op mij uitgeprobeerd! Nog nooit waren de klappen zo raak om ons weg te jagen. Ieder van ons heeft hij op zijn beurt ervan langs gegeven, en ieder kreeg een gelijk aandeel. Zóooo eerlijk verdeeld! Dat ook nog! Ik ben verloren: hij gaat er nog eens tegen aan, daar
komt–ie weer! Wat is-ie kwaad, als een gek oud wijf, gaat hij me achterna. Ik weet wat ik moet doen. Ik moet lering trekken uit zijn pijnlijke lesstof, die ik net van hem heb geleerd.


Euclio


Kom hier! Waar ga je naartoe? Stop, stop dan toch!


Congrio


Wat loop je daar toch te schreeuwen, ouwe gek?


Euclio


Ik wil je aangeven bij de politie! (6)


Congrio


 Hè? Waarom?


Euclio


Omdat je een mes bij je hebt!


Congrio


Dat is het wapen van de kok!


Euclio


Maar waarom bedreig je me dan?


Congrio


Ik geloof dat ik er verkeerd aan gedaan heb die daar te laten leven; ik had hem beter kunnen neersteken.


Euclio


In de hele wereld bestaat er geen groter geboefte dan jij. Ik geef je er graag van langs, met alle plezier.


Congrio


Daar hoeft u mij niet van te overtuigen; dat geloof ik graag. Door uw techniek van klappen uitdelen, hebben uw stokslagen mij leniger gemaakt dan een danser. Maar vertel me toch eens, ouwe boerenkinkel! waarom sla je ons zo? Welke reden heb je dat je dat doet?


Euclio


Durf je me dat nu nog te vragen? Heb je er dan misschien te weinig van langs gekregen? Vraag je om nog meer?


Congrio


Laat me toch met rust. Als ik nog een greintje gevoel in mijn kersenpit heb voor alles wat erover mij wordt afgeroepen, dan zal je dit nog opbreken. Ik zweer het je.


Euclio


Wat zullen we nou hebben! Ik weet niet hoe ik je kop zal verbouwen, maar ik garandeer je dat het nu nog wel in staat is iets te voelen, maar daarna….? Dus, wat had je bij mij thuis te zoeken tijdens mijn afwezigheid? En zonder dat ik ervan op de hoogte was? Ik denk wel te weten wat je er zocht!


Congrio


Hou toch eens je mond. Wij zijn hier gekomen om een maaltijd klaar te maken (voor de bruiloft vanavond).


Euclio


En welk belang heb jij erbij of ik mijn eten rauw of gekookt voorgeschoteld krijg? Ben je soms aangesteld om wat ik doe in de gaten te houden?


Congrio


Ik wil van u weten of u mij toestaat om de maaltijd voor vanavond af te maken in uw keuken?


Euclio


En ik zou weleens willen weten of alles in huis veilig is zolang u er bent?


Congrio


Heeft het de hemel behaagd dat ik uw huis kan verlaten en alles kon meenemen wat van mij is? Nee, dus. En ik maak me dus heel erg ongerust over mijn spullen! En denk je dat er in uw huis iets is waar ik belang in stel? Nee dus!


Euclio


Ik weet het. Je vertelt me niets nieuws.


Congrio


Maar in godsnaam, waarom wilt u mij dan verbieden om bij u thuis te koken en de maaltijd klaar te maken? Hebben we u ergens in ons doen of zeggen een strobreed in de weg gelegd?


Euclio


Smerig geboefte! Jij vraagt me dat? Jij en de jouwen, jullie hebben overal rondgesnuffeld, overal je neus ingestoken, in alle hoeken en gaten van mijn huis. Alle kamers hebben jullie open gemaakt. Als jullie inderdaad je werk niet in de steek hadden gelaten en je bij jullie ovens waren gebleven, dan had je niets te vrezen gehad en waren jullie koppen nu nog heel. Jullie hebben alleen maar gekregen wat je verdiende. Wil je weten wat ik van plan ben? Als je nog een keer mijn orders negeert, als je het durft nog een keer een voet over de drempel van mijn voordeur te zetten, dan ken ik geen grenzen meer. Dan zul je erachter komen waartoe ik in staat ben. Heb je dat gehoord? Knoop dat in je oren. Waar ga je heen? Kom hier!


Congrio'


Dat Laverne (7) mij te hulp komt! Als u mij mijn spullen (o.a. de ovens en keukengerei) niet teruggeeft, blijf ik posten voor je huis. Ik wijk geen centimeter meer bij je huis vandaan, en maak de hele tijd zoveel lawaai als ik kan, voor uw voordeur. Potdorie, wat had ik hier te zoeken. Ik raak meer kwijt dan ik erbij win. Ze hebben mij mijn salaris en iets extra’s gegeven (8). De dokter vraagt (9) veel meer om mij weer op te lappen.


Euclio (terzijde)


Ja, ja mijn schatje, mijn pot met geld! Overal, waar ik ook naartoe ga, daar ben jij ook. (Hij neemt de pot mee onder zijn mantel.) Ik zal je niet verder aan gevaar bloot stellen. Overal loert gevaar! (Tegen Congrio) Kom binnen, jullie ook, komt allemaal maar binnen, koks en muzikanten en dansers (10). En jij moet dit artiestenvolk in de hand houden. Jij en niemand anders! Vlug wat een beetje: ga koken en doe alles waar je zin in hebt.


Congrio


Nou is het weleens tijd om te beginnen, nadat hij ons de kop heeft stuk geslagen met zijn stok.


Euclio


Kom binnen, u bent hier niet gekomen om uit de neus te vreten. Er is werk aan de winkel.


Congrio


Vieze ouwe zak! Ik eis een schadeloosstelling. Ik hoef niet betaald te worden voor mijn werk als kok, maar u gaat me voor alle slagen die u mij gegeven hebt betalen. Ze hebben me gehuurd om te werken, niet om stokslagen te krijgen.


Euclio


Haal de rechter (11) er maar bij. Ondertussen geen praatjes, doe je werk. Anders zou het nog weleens heel anders met je af kunnen lopen: aan de galg!


Congrio (terzijde)


Ga zelf hangen. 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten