De spiegel.
(Sublimes paroles et idioties de Nasr Eddinn Hodja,
Phébus
libretto, Parijs, 2002, pag. 126)
Phébus libretto, Parijs, 2002, pag. 126)
Toen Nasreddin op een ochtend de deur uit ging, zag hij op de grond de stukken liggen van een kapot gevallen spiegel. Hij pakte een stuk van de grond op en keek erin. Hij zag een gezicht, dat hem niet beviel, vermoeide gelaatstrekken, een beetje rood aangelopen, en een stevige neus, geërfd van zijn vader Abdullah Effendi. In zijn woede gooide hij het stuk spiegel zo ver van zich af als hij maar kon: “Uit mijn ogen”, schreeuwde hij. “Nu begrijp ik waarom ze je kapot hebben gegooid!”
De spiegel van Timoer
Lenk.
(Sublimes paroles et idioties de Nasr Eddinn Hodja, Phébus
libretto, Parijs, 2002, pag. 71)
Timoer Lenk (een wrede tiran) was niet alleen mank, maar had een
bochel en was van een stuitende lelijkheid. Op een dag ging hij naar de kapper
en beraadslaagde de stand van zaken in aanwezigheid van Nasreddin en nog andere raadgevers. Toen de
kapper met hem klaar was, reikte hij hem een spiegel aan, en nauwelijks had hij
daarin een blik geworpen of hij barstte uit in huilen met lange snikkende uithalen als
van een kind. Meteen volgde Nasreddin zijn voorbeeld en spetterden de tranen in
het rond, ondertussen zuchtend en kreunend. Deze treurnis duurde wel een uur.
Eindelijk wist Timoer Lenk zich te hernemen en droogde zijn tranen, maar
Nasreddin bleef maar snikkend huilen. Daarop vroeg Timoer Lenk hem verbaasd:
“Wat is er toch met jou aan de hand? De reden waarom ik huil is overduidelijk.
Ik werd weer eens met de neus op de feiten gedrukt: ik ben echt lelijk! Geen ontkomen
aan! Maar wat is de reden dat jij er zo erg aan toe bent?” “Respect! M’n beste
vorst, u hebt maar even in de spiegel gekeken, en dat was genoeg voor een
uurtje huilen. Maar ik, die u de hele dag zie, heb ik geen reden om een stuk
langer te huilen?”
De komende vier weken staat er telkens een Nasreddin
verhaaltje op het programma. Daarbij komen net als bij Hebreaus (zie blogs afgelopen 4 weken) telkens andere
aspecten van Nasreddin aan de orde. Een vast aandachtspunt is de oorsprong van
deze verhaaltjes. Hebreaus was een bestaand persoon, waarvan ik heel in het
kort heb verteld, waar en wanneer hij leefde, en wat hij deed om in zijn
levensonderhoud te voorzien. Bij Nasreddin ligt dat anders. Ook al bestaat er
een legende rond Nasreddin. Hij heeft nooit als persoon bestaan. De legende was
een manier om politiek gevaarlijke opponenten belachelijk te maken en daarmee
onschadelijk.
Waarom heeft hij nooit bestaan? Het antwoord is in eerste
instantie eenvoudig. In de tweede grap komt hij voor in gezelschap van Timoer
Lenk die leefde van 1336-1405 na Chr. Nasreddin zou volgens de legende geleefd
hebben van 1209 na Chr (605 Islamitische kalender) tot 1284 na Chr (683
Islamitische kalender). De beiden kunnen elkaar dus nooit ontmoet hebben. Dit
wil natuurlijk niet afdoende bewijzen dat Nasreddin geen bestaand persoon is
geweest, maar er zit in ieder geval iets scheef in zijn levensgeschiedenis. Ook
zegt het nog niets waarom bijna anderhalve eeuw later Nasreddin opduikt in
verhalen rond Timoer Lenk. Vandaag wil ik alleen nog iets meer over de legende
vertellen. In de weken hierna zullen ook kort de andere onderwerpen aan de orde
komen.
De schrijver die de legende van Nasreddin op zijn naam mag
schrijven is Effendi Hassan, die te Sivri Hisar woonde. Volgens hem werd
Nasreddin Hodja te Horto geboren. Zijn vader was de imam Abdullah. Als kind
viel hij al op: toen hij 3 blinde bedelaars passeerde, schudde hij met zijn
beurs zodat de muntstukjes rinkelden. De blinden dachten dat hij het geld voor hun
voeten had geworpen, en buitelden over elkaar heen en begonnen met elkaar te
vechten om het geld. Is dat nou wel echt een leuk kind, deze Nasreddin? Ik
vertel het omdat het een belangrijke karaktertrek van hem verraadt: hij heeft
heel veel met geld te maken. Waarom dat zo is, komt in de volgende blog aan de
orde over zijn geschiedenis, die tot heel ver in het verleden teruggaat. Hij
blijkt namelijk veel minder Turks te zijn dan menigeen denkt.
Nasreddin zit als kind bij zijn vader in de klas. En als
oplettende leerling weet hij te vertellen dat de maan veel belangrijker is dan
de zon, omdat de maan bij nacht licht geeft! En wat gebeurt er met de maan als
hij weg is? Dan wordt hij in stukjes geknipt om als sterretjes aan de hemel te
staan! De sterretjes zijn net als in het eerste verhaal over de spiegel splinters
van de maan. Waarom? Ook dat komt in de volgende blog.
Nasreddin wordt zelf weer imam, net als zijn vader en bouwt
zich een reputatie op van alwetende wijsgeer. Hij studeerde in Konya, een
belangrijk meditatiecentrum voor soefi’s. Hij is ook veel meer wijsgeer dan je
op het eerste gezicht zou denken. Je denkt met een idioot te maken te hebben.
Maar we hebben hier met een idioot te maken in de klassieke zin van het woord:
een zelfstandig denkend mens, die zich daardoor van de anderen weet te
onderscheiden. De Nasreddin verhaaltjes worden door soefi’s gebruikt als
meditatieteksten. De beroemdste Turkse soefi, Jallal udDin Rumi, heeft
verschillende van deze grappen in zijn werk opgenomen. Ook die komen in een volgend
blog aan de orde.
Hij trouwde met Khadija. Maar volgens een aantal andere
grappen had hij niet één maar zelfs vier vrouwen. Van de andere drie vrouwen
zijn de namen onbekend. Maar het was zo druk in zijn bed dat hij op een nacht
uit zijn bed valt en opmerkt dat het zo niet langer kan gaan. Een van de
echtgenotes of hij zelf zal opstappen. Met zijn echtgenotes had hij hetzelfde
probleem als met Timoer Lenk wat betreft hun uiterlijk: “Overdag kun je
hen niet zien omdat ze zo lelijk zijn, en ’s nachts kun je haar niet in huis
houden omdat ze zo onrustig zijn….” Achter deze opmerking zit veel meer dan je
zou denken. Volgend blog! Natuurlijk krijgt hij kinderen, en heeft hij moeite
met de opvoeding. Nasreddin neemt zijn zoon op schoot. En het plast op hem. Hij
zet het kind op de grond en híj plast op zijn beurt op het kind! Khadija ziet dat
en roept: "Wat doe je, ben je nou helemaal gek geworden?" Waarop hij antwoordt: "Als iemand anders dan mijn zoon dat zou hebben gedaan, zou ik op hem gepoept
hebben!” Tja, is dat grappig? Wij vinden van niet, maar dat komt voornamelijk
omdat deze grappen veel ouder zijn dan 1200 na Chr. Deze vieze grappen kenmerken de Romeinse en Griekse humor en ze zijn niet Turks. Zijn dochter geeft hij
een stevige klap en hij draagt haar daarna op om een kruik met water te gaan
vullen. Anderen die daarbij aanwezig zijn, zeggen: "Waarom sla je je dochter. Ze
heeft toch niets misdaan?" Waarop hij antwoordt: "Is het niet beter te straffen
om te voorkomen dat iemand iets fout doet? Ik weet zeker dat ze zo dadelijk de
kruik laat vallen en dan is hij stuk, als ik haar niet tevoren klappen geef. Nu
bestaat er nog een kans dat ze met de kruik heel thuis terug komt."
Volgens de legende stierf Nasreddin in 1284 na Chr. in
Akshehir in Turkije. Nog steeds staat daar een grafmonument ter zijner nagedachtenis. Overigens wil ik
over de informatie die her en der op het internet over Nasreddin te vinden is,
opmerken, dat veel ervan niet klopt. Dat is op zich niet erg, maar als iemand
denkt “maar dat heb ik ergens anders toch heel anders gelezen”, dan wil ik hem
vragen de tegenstrijdige antwoorden te controleren. En dan zul je zien dat je
bij mij de juiste antwoorden vindt!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten